Landscapes

In de aanloop naar mijn zesde etappe, van Gent naar Wevelgem, kreeg ik deze week een voorproefje van het project Landscapes. De Westhoek van Vlaanderen draagt de littekens van de strijd tijdens de Eerste Wereldoorlog. Om nieuw licht te werpen op dit herdenkingslandschap, zijn kunstwerken gemaakt, exposities ingericht, wandel- en fietsroutes samengesteld en vinden er evenementen plaats.

Zo geven in de omgeving van Koekelare gele linten aan bomen een route aan langs plekken die een rol speelden in de Groote Oorlog, van een Duits soldatenkerkhof tot een gereconstrueerd loopgravenstelsel.

In de stadhuiskelder van het charmante stadje Diksmuide opent volgende week de tentoonstelling ‘Liksems’ – West-Vlaams voor ‘littekens.’ Het werk van drie kunstenaars die de verschrikkingen vastlegden staat centraal.

Verspreid over de hele Westhoek staan de kunstwerken van Onzichtbaar Landschap. Dranouter viert van 19 tot en met 21 mei 2023 het fietsfestival, de bijbehorende fietsroute Modderland voor iedereen toegankelijk via een app. Ook het jaarlijkse kunstfestival van het dorpje Watou staat dit jaar in het teken van Landscapes.

Museum In Flanders Fields in Ieper besteedt op een ingetogen manier aandacht aan de manier waarop de slachtoffers van de oorlog begraven werden.

Landscapes duurt tot en met eind augustus 2024, alle informatie over de deelprojecten is te vinden op de website van Westtoer.

Brabantse Pijl

Om organisatorische redenen viel de vijfde etappe van mijn Ronde van België in twee delen uiteen. In april fietste ik van Leuven via onder andere Diest en Wavre naar Charleroi, in mei pikte ik in Charleroi de draad weer op om via Brussel naar de aankomst in Overijse te rijden.

Na de start aan het stadhuis van Leuven bezocht ik onder andere een straat die vernoemd is naar wielerlegende Jef Scherens, het monument bij het geboortehuis van Eddy Merckx en het slagveld bij Waterloo. In het Pajottenland sloot ik me aan bij een persreis die voerde over gravelwegen, om daarna in Brussel het standbeeld van La Brabançonne te vereeuwigen. De finale van de etappe voerde over de Smeysberg en de kasseien van de Moskesstraat naar de fameuze S-bocht in Overijse.

Middelpunt

Deze borden staan in Nil-Saint-Vincent, een dorpje in Waals-Brabant. Ze wijzen de weg naar een merkwaardig monument – dat ook voor fietsers bereikbaar is. Midden tussen de velden staat een driehoekvormige constructie. Drie zuiltjes geven tekst en uitleg, in Nederlands, Frans en Duits. Dit is het geografisch centrum van België.

Zijn Vlamingen en Walen het over veel zaken niet eens, over het Middelpunt van België lijkt toch consensus te bestaan. Ter vergelijking: Nederland telt zeker vijf middelpunten, allemaal op een andere manier berekend. In België bestaat één ander middelpunt, in Itter. Dat is officieel ontmanteld nadat de Oostkantons aan het Belgische grondgebied waren toegevoegd, maar niemand heeft de mooiste genomen het gedenkteken weg te halen.

La Doyenne

Aan de gevel van een winkelpand in de Luikse Rue du Pont hangt een plaquette. Het is een eerbetoon aan Léon Houa, die hier werd geboren. Houa won in 1892, 1893 en 1894 de eerste drie edities van Luik-Bastenaken-Luik – al moet daarbij worden aangetekend dat eigenlijk Spa de start- en aankomstplaats was. De lange historie leverde de klassieker de koosnaam La Doyenne op: de Oude Dame.

De route van Luik via Bastenaken naar Luik zal het sluitstuk vormen van mijn Ronde van België, bij wijze van voorproefje ging ik alvast even sfeer proeven tijdens de wedstrijd.

Aan de start van de mannenwedstrijd stond een renner met een bijzondere kijk op de koers. Guillaume Martin (op de foto helemaal rechts) is behalve beroepswielrenner ook afgestudeerd filosoof. Hij schreef enkele boeken waarin hij zijn sport en zijn collega’s vanuit een filosofisch oogpunt observeert. Ondertussen kan hij ook een aardig stukje fietsen. Als junior wist hij Luik-Bastenaken-Luik al eens te winnen. Dit jaar kwam hij als zesde over de streep, ruim achter de ongenaakbare winnaar Remco Evenepoel. Bij de vrouwen was Demi Vollering de sterkste.

Brunhilde

Op weg van het Waalse Audregnies naar het buurdorp Montignies-sur-Roc reed ik een stukje over de Chaussée Brunehaut. Deze weg draagt de naam van de Frankische koningin Brunehaut – in het Nederlands bekend als Brunhilde. Het verhaal wil dat zij als regentes aan het begin van de zevende eeuw opdracht gaf de oude Romeinse heerwegen in haar rijk te onderhouden en verbeteren. Zodoende bleef haar naam aan de kaarsrechte verbindingsroutes verbonden.

In het Franse stadje Bavay, een paar kilometer verder, komen zeven van die heerwegen samen. Op het knooppunt staat een kolom met een beeld van Brunehaut. De namen op de sokkel zijn van de steden waar de wegen heen leiden, waaronder Reims, Trier, Keulen en Utrecht.

Niet iedereen was gelukkig met de daadkrachtige regeerstijl van Brunhilde en uiteindelijk namen tegenstanders haar gevangen en martelden haar. Het verhaal wil dat ze achter een wild paard werd gebonden en zo een wrede dood vond. Haar lichaam zou zijn gevonden bij een enorme menhir die sindsdien de Pierre Brunehaut heet. Deze raadselachtige steen staat aan een zessprong van wegen even buiten Doornik, een eind verder aan de route van de vierde etappe.

Van Gogh

Mons is een compacte stad met een gezellig centrum vol musea en galeries. De hoofdstad van de provincie Henegouwen vormt het hart van de vroegere mijnstreek de Borinage. In het dorpje Cuesmes, op fietsafstand van Mons, staat het huis waar Vincent van Gogh in 1880 enkele maanden verbleef – lang genoeg om zijn naam eraan te verbinden. Dit Van Gogh Huis vertelt het verhaal van de jongeman die naar de Borinage kwam om er als lekenpredikant te werken, maar in plaats daarvan de schilderkunst ontdekte.

Er is nog een tweede Maison Van Gogh, in het nabijgelegen Wasmes. In 1878 en 1879 verbleef de jonge Vincent er. Hij preekte voor de protestantse gemeente van het dorp, maar een groot succes was dat niet. Ook in dit huis is tegenwoordig een permanente expositie aan het leven van de schilder gewijd.

De Hel

Was vorig jaar een bezoek aan de Ronde van Vlaanderen de opmaat voor het eerste deel van mijn Ronde van België. Dit jaar maakte ik een uitstapje net over de grens. Afgelopen zaterdag fietste ik de laatste dertig kilometer van Parijs-Roubaix, om daarna de rensters te zien passeren op hun tocht door de Hel van het Noorden. Ik vond een mooi plekje aan de Carrefour de l’Arbre, één van de zwaarste stroken. Daar raakte ik in gesprek met een vrijwilliger van Les Amis de Paris-Roubaix en leerde alles over soorten kasseien, de restauratie van beschadigde stroken en het behoud van dit cultureel erfgoed.

Daags erna reden de mannen hun Helleklassieker. De finale zag ik op een groot scherm in het stade vélodrome van Roubaix, de laatste zeshonderd meter speelden zich pal voor mijn ogen af. Net als vorig jaar in Oudenaarde kwam Mathieu van der Poel als eerste over de streep.

Morgen stap ik zelf weer op de fiets. In april, mei en juni wil ik de laatste 1500 kilometer van mijn Ronde van België rijden, verdeeld over drie blokken. Meteen in de eerste week wachten de kasseistroken van Parijs-Roubaix. Ik kan niet wachten…

Kleine traditie

De Vlaamse schrijver Stijn Streuvels was een groot wielerliefhebber, zo ontdekte ik vorig jaar. Tijdens mijn residentie in Het Lijsternest, zijn huis in Ingooigem, bezocht ik enkele koersen en verzamelde een paar wielersouvenirs die ik achterliet in het huis. Toen de renners in de finale van de E3-Prijs het huis passeerden, moedigde ik hen aan zoals de vroegere bewoner dat deed, in de hoop zo een kleine traditie in gang te zetten. Lees hier het hele verhaal.

Behalve schrijver en fervent fietser, was Streuvels ook een verdienstelijk amateurfotograaf. Op jonge leeftijd liet hij zichzelf eens fotograferen als fietsende dandy. Met hulp van de beheerders van Het Lijsternest, Thomas Jacques en Jurgen Casteleyn, heb ik achter het huis een soortgelijke foto gemaakt.

Nogmaals Valkenburg

Midden in de winter ben ik voor een tweede bezoek naar Valkenburg afgezakt, al was het maar omdat tot drie keer toe een Belg er wereldkampioen wielrennen op de weg werd. In het gezelschap van de bevlogen gidsen John Wauben en Breur Jacobs daalde ik af in de Gemeentegrot.

Lang niet iedere fietser die er naar boven ploetert zal het zich realiseren, maar diep onder het asfalt van de Cauberg is de wielergeschiedenis van de klim vastgelegd. Wat begon in 1938 met een houtskooltekening ter herinnering aan het WK wielrennen op een wand in de mergelgroeve, groeide uit tot een indrukwekkende Wielergalerij. Veel kampioenen daalden af in de Gemeentegrot om daar een van de muurtekeningen te signeren.

Vijf keer was de Cauberg scherprechter in het wereldkampioenschap wielrennen op de weg en vijf keer bekrachtigde de kersverse wereldkampioen bij de profs zijn titel met een handtekening in de grot. Marcel Kint in 1938, Briek Schotte in 1948, Jan Raas in 1979, Oscar Camenzind in 1998 en Philippe Gilbert in 2012. Die laatste won ook tot vier keer toe de Amstel Gold Race en nam er in oktober 2022 afscheid van de wielersport. Het leverde hem nog twee aandenkens op. Uniek ondergronds wielererfgoed.

De Gentse Zesdaagse

Wil ik het wielergekke België – en vooral Gent – een klein beetje beginnen te begrijpen, dan mag ik de Zesdaagse in de Fiere Stede niet overslaan. Plaats van handeling is het Kuipke, een vierkante bakstenen doos in het Citadelpark – net buiten het centrum. Zes dagen per jaar zindert het op en rond de kleine en steile wielerbaan. De Zesdaagse is een mengeling van topsport, spektakel en circus: niet voor niets noemen de Belgen de baan een ‘piste.’

Dit jaar viert de Zesdaagse van Gent haar honderdste verjaardag. Bovendien neemt de lokale held, ‘Keizer van het Kuipke’ Iljo Keisse, na een lange en succesvolle carrière afscheid van zijn thuispubliek.

Wielerverzamelaar Eddy Verbust onthaalde mij in zijn privé-wielermuseum en vertelde me ondertussen alles over de geschiedenis van de Zesdaagse. Zijn collectie affiches, foto’s, shirts, trofeeën, programmaboekjes en-nog-veel-meer is ongeëvenaard. Het begon allemaal met een gesigneerde foto van Rik Van Looy, nu ligt, staat en hangt zijn huis helemaal vol.

Hoewel er in vergelijking met de hoogtijdagen nauwelijks nog zesdaagsen verreden worden, is het Kuipke bijna altijd stijf uitverkocht. De honderdjarige is springlevend. En een nieuwe generatie talenten uit Gent staat al klaar om Keisse af te lossen.