Ruim een week – en meer dan vijfhonderd kilometer – na mijn vertrek uit Gent, kom ik aan in Wevelgem. Even voorbij de plek waar de eindstreep van de klassieker Gent-Wevelgem is getrokken, staat daar de Wielermuur. De grote afbeelding van drie renners is samengesteld uit tegeltjes waarop onder andere winnaars van de koers te zien zijn.
Categorie: Etappe 6
In de Zon
Aan de voet van de Scherpenberg, diep in de Vlaamse Westhoek, staat herberg In de Zon – in de volle zon, op de zondagochtend dat ik er passeer. Ik ben op weg naar de Kemmelberg, het venijnige kopje van de Scherpenberg is een mooie opwarmer. Bij In de Zon heb ik een afspraak met herbergier Dirk Ghyselinck. In een vorig leven was hij beroepsrenner.
–
Hoewel in naam nog een herberg, is zijn zaak nu een restaurant. De muren hangen vol rennersfoto’s, oude wedstrijdaffiches en andere koers-gerelateerde decoraties. Ook is er een klein eerbetoon aan Frank Vandenbroucke. De te jong overleden renner was een vaste gast en goede vriend. Onderdeel van een kleine collage zijn foto’s van Ghyselinck als renner. Vooral in de jongerencategorieën fietste hij een fraai palmares bijelkaar. Bij de profs reed hij voor de Fangio-ploeg, in 1985. Na een jaar hield hij het voor gezien, maar zijn liefde voor de wielersport bleef. In de opslagruimte toont Ghyselinck mij zijn collectie wielertruitjes, vintage-fietsen en andere spullen waarvoor in de zaak simpelweg geen plaats meer is.
Askoy II
In de proloog van mijn Ronde van België fiets ik door Brussel, sporen volgend van Eddy Merckx, René Magritte en Jacques Brel. In Knokke kwam ik ze alledrie opnieuw tegen. Merckx ging in 1974 als eerste over de streep in het plaatselijke criterium, Brel trad er regelmatig op in het casino en Magritte maakte in een van de zalen een enorme muurschildering.
–
Vanaf het strand van Knokke zijn de installaties van de containerhaven van Zeebrugge duidelijk te zien. In een loods in het havengebied werken vrijwilligers aan het herstel van de Askoy II. Na zijn carrière kocht Brel een zeilschip, zijn plan was om met zijn geliefde Maddly een tocht ronde de wereld te maken. Ze kwamen tot de Markiezen-eilanden, in de Stille Zuidzee. Brel, die leed aan longkanker, was te ziek om verder te varen en ligt er ook begraven. De Askoy strandde enkele jaren later op de kust van Nieuw-Zeeland. De broers Staf en Piet Wittevrongel uit Blankenberghe lieten de verweerde romp uitgraven en naar België brengen. Daar heeft een groep vrijwilligers in ruim tien jaar tijd het schip in oorspronkelijke staat teruggebracht. Piet Wittevrongel ontving me op de werf en vertelde het onwaarschijnlijke verhaal van de redding. Nog deze zomer moet de Askoy klaar zijn voor de tewaterlating.
–
Aan boord van het schip bleek een gitaar te staan die ooit van Jacques Brel was geweest. Een simpele oefengitaar, maar toch. Volgens Piet zitten de originele snaren er nog op, hij had hem gekregen van de man die hem ooit als kind van Brel kreeg. Ik durfde er zelfs niet naar te hinten, maar Piet vroeg of ik de gitaar even vast wilde houden en bood aan een foto te maken.
Keuzestress
Waar zal ik heen? De keuze is beperkt…
In Middelburg, een Belgisch dorpje aan de grens met Zeeuws-Vlaanderen.
Heeren, vertrekt!
‘Heeren, vertrekt!’ Met het uitspreken van die woorden gaf de legendarische journalist en organisator Karel Van Wijnendaele het startsein voor de allereerste Ronde van Vlaanderen. Volgens de krantenverslagen gebeurde dat op de Korenmarkt in Gent, op zondag 25 mei 1913. In werkelijkheid vond de ceremonie een dag eerder plaats.
Ik rijd geen Ronde van Vlaanderen, mijn etappe gaat van Gent naar Wevelgem. Niettemin leek het me gepast aan de Korenmarkt te vertrekken. Nog ruim 500 kilometer te gaan naar Wevelgem.
–
De werkelijke start van die eerste editie van ‘Vlaanderens Mooiste’ was bij een café dat destijds onder de gepaste naam Au repos des Cyclistes bekendstond. Later vaderde de naam van het café in De Kroon. Het pand staat er nog, de zaak is ter ziele. Toch ben ik er even langs gefietst, het is toch een memorabele plek in de wielergeschiedenis. Zevendertig coureurs haalden daar op die zondag in 1913 hun rugnummers op, zestien van hen zouden de finish halen. De Belg Pol Deman was de eerste winnaar.
Landscapes
In de aanloop naar mijn zesde etappe, van Gent naar Wevelgem, kreeg ik deze week een voorproefje van het project Landscapes. De Westhoek van Vlaanderen draagt de littekens van de strijd tijdens de Eerste Wereldoorlog. Om nieuw licht te werpen op dit herdenkingslandschap, zijn kunstwerken gemaakt, exposities ingericht, wandel- en fietsroutes samengesteld en vinden er evenementen plaats.
Zo geven in de omgeving van Koekelare gele linten aan bomen een route aan langs plekken die een rol speelden in de Groote Oorlog, van een Duits soldatenkerkhof tot een gereconstrueerd loopgravenstelsel.
–
In de stadhuiskelder van het charmante stadje Diksmuide opent volgende week de tentoonstelling ‘Liksems’ – West-Vlaams voor ‘littekens.’ Het werk van drie kunstenaars die de verschrikkingen vastlegden staat centraal.
Verspreid over de hele Westhoek staan de kunstwerken van Onzichtbaar Landschap. Dranouter viert van 19 tot en met 21 mei 2023 het fietsfestival, de bijbehorende fietsroute Modderland voor iedereen toegankelijk via een app. Ook het jaarlijkse kunstfestival van het dorpje Watou staat dit jaar in het teken van Landscapes.
Museum In Flanders Fields in Ieper besteedt op een ingetogen manier aandacht aan de manier waarop de slachtoffers van de oorlog begraven werden.
Landscapes duurt tot en met eind augustus 2024, alle informatie over de deelprojecten is te vinden op de website van Westtoer.