Onderweg tijdens mijn Ronde blijkt voortdurend dat België een echt wielerland is. Soms hoef ik maar ergens te stoppen met de fiets, of iemand begint al een praatje over de koers. En soms ga ik naar verhalen op zoek. Hieronder in drie korte verslagjes van bijzondere ontmoetingen. De uitgebreide verhalen komen in het boek te staan.
Carlito in Tielt is een koerscafé van de buitencategorie. Eigenaar Lode Bogaert verleent af en toe hand-en spandiensten aan wielerploegen en heeft veel connecties in het wielerwereldje. In twintig jaar tijd heeft hij een duizelingwekkende collectie opgebouwd. De zaak hangt en staat vol trofeeën, bloementuilen, shirts (al dan niet gesigneerd), petjes, fietsen en meer. En dan nog zegt Lode dat hij lang niet alles wat hij heeft kwijt kan. Het is er trouwens ook goed eten, de Spaghetti Carlito kan ik warm aanbevelen aan iedereen die een pittige fietstocht in de omgeving van Tielt voor de boeg heeft.
Op een boogscheut van de plek waar hun grootvader zijn roemruchte fietsenfabriek ‘Flandria’ had, openden drie kleinzoons van Pol Claeys eerder dit jaar hun Café Vitesse. De naam is een tikkeltje misleidend, naast een bescheiden koerscafé is dit in de eerste plaats een enorme fietsenzaak. Prominent in de winkel staat de fiets van opa opgesteld, natuurlijk een echte Flandria. Van 1957 tot 1979 sponsorde Pol Claeys met zijn bedrijf de succesvolste wielerploeg aller tijden. De renners van zijn rood-witte brigade wonnen nagenoeg alles wat er te winnen valt, behalve het eindklassement van de Tour de France. Zijn kleinzoons Alexander, Lorenz en Mathieu zetten nu in Veldegem de koerstraditie van de familie voort. Alexander vertelde me over de winkel, later die avond trakteerden zijn grootmoeder en twee ‘nonkels’ mij op prachtige verhalen uit het Flandria-tijdperk.
Nog een ‘kleinzoon van.’ Marniek Kint poseert bij het bordje op de gevel van zijn zaak: P.V.B.A. Marcel KINT – VELOS in T’ GROOT. ‘Het Salon’ is de voormalige woonkamer van het huis van oud-wereldkampioen Marcel Kint, even buiten het stadscentrum van Kortrijk. Achter het huis had hij zijn werkplaats, waar hij na zijn loopbaan als renner zijn eigen fietsen ging maken. Die werkplaats is nog vrijwel helemaal intact en Marniek en zijn broer zijn de derde generatie fietsenbouwers. Onveranderd prijkt de naam van opa Marcel trots op de handgemaakte fietsen. In het salon kunnen klanten zich een exemplaar aan laten meten. In de hal staat een bescheiden vitrine met trofeeën van Marcel Kint, aan de wanden hangen foto’s uit zijn gloriedagen.